Rookmelders
Jaarlijks
breekt in zo'n zesduizend woonhuizen brand uit. Daarbij vallen ongeveer vijftig
doden en vijfhonderd gewonden. Dat zijn ruwweg zestien branden per dag met bijna
één dode en tien gewonden per week. Doden vallen er vooral wanneer een brand te
laat wordt ontdekt: als rook en vuur zich al hebben verspreid en vluchtroutes
zijn afgesneden.
Een rookmelder - een apparaat dat de aanwezigheid van rook aangeeft - waarschuwt vóór het te laat is. Vooral bij branden die 's nachts ontstaan of die in ruimten uitbreken waar niemand aanwezig is, is dit belangrijk. Rookmelders spelen dan ook een belangrijke rol in het overheidsbeleid om het aantal doden en gewonden bij woningbranden terug te dringen.
Vragen over rookmelders
Waarom zijn
rookmelders nuttig?
Gemiddeld
breekt jaarlijks in zo'n zesduizend Nederlandse woonhuizen brand uit. Daarbij
vallen ongeveer vijftig doden en vijfhonderd gewonden. Vooral wanneer een brand
te laat wordt ontdekt, is de kans op een fatale afloop groot. Daarom adviseert
de overheid het gebruik van rookmelders. Een rookmelder is een apparaat dat de
aanwezigheid van rook aangeeft. Zo'n melder kan waarschuwen voor het te laat is,
dus voordat rook en vuur zich in een woning of een kantoor verspreiden en
vluchtroutes afsnijden. Ook bij branden die 's nachts ontstaan (als bewoners
slapen en een brand meestal laat bemerken) of in ruimten waar niemand zich
bevindt, kunnen ze bijzonder nuttig zijn.
Waar moet de
rookmelder worden opgehangen?
In het
algemeen is één rookmelder per bouwlaag voldoende. Deze kan het best worden
geplaatst op het plafond van de hal waar de kamers op uitkomen. Bij een woning
met meerdere bouwlagen is het verstandig om op iedere verdieping de rookmelder
op het plafond bovenaan de trap aan te brengen. Ter voorkoming van vals alarm is
het af te raden een rookmelder op te hangen in de keuken, badkamer of garage.
Houd er rekening mee dat de melder op een afstand van minstens 50 cm. van de
zijmuur van het vertrek moet worden geplaatst. In verband met veranderde
luchtstromen dient u er tevens voor te zorgen dat de rookmelder niet in de buurt
van ventilatieopeningen of radiatoren wordt opgehangen.
Hoeveel woningen
hebben inmiddels een rookmelder?
Sinds eind
jaren tachtig is het gebruik van rookmelders - mede door voorlichtingscampagnes
van de overheid - sterk gestegen. Volgens schattingen zijn er meer dan een
miljoen rookmelders verkocht. Dat betekent dat ongeveer één op de tien
Nederlandse huishoudens zo'n melder heeft. Sinds 1 januari 2003 zijn rookmelders
in nieuwbouwwoningen verplicht.
Welke soorten
rookmelders zijn er?
Er zijn
verschillende typen rook- en brandmelders op de markt. De twee bekendste en
meest gebruikte zijn de ionisatie- en de optische rookmelder. Beide werken op
het lichtnet of op een batterij. De optische rookmelder werkt met een
geconcentreerd lichtstraaltje. Die wordt, simpel gezegd, aan de binnenkant van
de melder in een rechte lijn van de ene naar de andere kant gestraald. Op een
van de zijkanten in de melder zit een detector. Ontstaat er rook in de ruimte
waar de melder hangt, dan weerkaatsen de rookdeeltjes de lichtdeeltjes. Er valt
dan strooilicht op de detector en de melder gaat af. De ionisatierookmelder
werkt met behulp van een kleine radioactieve bron. Meestal is dat Americum-241.
De radioactieve bron straalt zogenaamde alpha-deeltjes binnenin de rookmelder.
Deze deeltjes zorgen voor het ontstaan van ionen (elektrisch geladen deeltjes)
in de lucht, die in de melder heen en weer bewegen. Als de lucht vervuild raakt
- wat het geval is bij rookontwikkeling - dan verandert de beweging van de ionen
en slaat de rookmelder alarm.
Ionisatie rookmelder | Optische rookmelder |
Hoe reageren de
verschillende typen rookmelders?
Onderzoek van
het Nederlands Instituut voor Brandweer en Rampenbestrijding (Nibra) wees uit
dat bij branden in woningen verreweg de meeste slachtoffers (ruim 75 procent)
zijn te betreuren bij zogenaamde smeulbranden. Minder dan 25 procent van de
dodelijke slachtoffers vallen bij snelle branden. Dit worden wel
open-vlambranden genoemd. Kenmerkend voor dit soort branden is dat er binnen één
tot vijf minuten een brand met fikse vlammen ontstaat. Een smeulbrand
daarentegen is een trage, langzame brand waarbij het wel een kwartier tot een
uur kan duren voor er duidelijke vlammen ontstaan. Bij een smeulbrand zijn de
rookdeeltjes groot. Dit komt doordat er geen volledige verbranding plaatsvindt.
Dit in tegenstelling tot de open-vlambranden. De optische rookmelder reageert
sneller dan de ionisatierookmelder op grote rookdeeltjes en dus op smeulbranden.
In sommige gevallen - als de rookmelder in een vertrek hangt waar de brand niet
is uitgebroken - gaat de ionisatiemelder minuten later af dan de optische
rookmelder. Bij open-vlambranden is de ionisatiemelder weer sneller. Maar hier
is het verschil uit te drukken in enkele seconden.
Hoe zit het met
radioactieve straling?
De
ionisatierookmelder heeft een kleine radioactieve bron. In het algemeen geldt
voor het gebruik van radioactieve stoffen een vergunningplicht, maar in sommige
gevallen en onder bepaalde omstandigheden is het mogelijk hiervoor vrijstelling
te geven. Omdat de ionisatierookmelder een belangrijke rol speelt in het
voorkómen van doden en gewonden bij brand, is het sinds 1984 mogelijk
ionisatierookmelders zonder vergunning te verhandelen en te gebruiken, mits de
melder aan strenge eisen voldoet. De Ministeriële regeling ‘goedgekeurde
ionisatierookmelders’ bevat de regels hiervoor en de lijst met de rookmelders
die aan de eisen voldoen en dus zijn goedgekeurd. Deze regeling wordt in de
Staatscourant gepubliceerd. Op dit moment zijn meer dan tweehonderd
verschillende merken en soorten rookmelders in de lijst opgenomen. Voor het
gebruik van deze rookmelders is dus geen vergunning nodig. De goedgekeurde
ionisatierookmelders zijn niet gevaarlijk. Er zit slechts weinig radioactief
materiaal in dat bovendien goed is ingepakt zodat het niet kan lekken. Zelfs bij
brand of zware klappen komt de radioactieve bron niet bloot te liggen. Het
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) heeft berekend dat de
radioactieve dosis als gevolg van gebruik van deze rookmelders ruimschoots onder
alle wettelijke grenzen blijft. Gezondheidsbezwaren zijn er dus niet.
Waarom wordt de
ionisatierookmelders verboden?
In het
verleden werden ionisatierookmelders veel betrouwbaarder geacht dan de optische
rookmelders. Daarvan is echter geen sprake meer. Het Nederlands Instituut voor
Brandweer en Rampenbestrijding (Nibra) concludeert dat er betrouwbare
rookmelders van beide typen zijn en zelfs dat de optische rookmelders door
verbeterde technieken (iets) beter rook bij smeulbranden detecteren. Het Nibra
adviseert daarom in woningen het gebruik van optische rookmelders. Omdat niet
langer de noodzaak bestaat ionisatierookmelders in woningen te gebruiken, heeft
de overheid besloten dit te ontmoedigen, echter niet vanwege gezondheidsgevaren,
maar omdat er betere alternatieven zijn. In nieuwbouwwoningen worden vanaf 1
januari 2003 uitsluitend optische rookmelders geïnstalleerd en vanaf 1 januari
2006 zal de verkoop van ionisatierookmelders voor huishoudelijk gebruik in het
geheel niet meer mogelijk zijn. Het gebruik ervan blijft overigens wel mogelijk,
dat wil zeggen dat wie na die datum nog een ionisatierookmelder aan het plafond
heeft hangen, hem niet hoeft te verwijderen.
Wat kosten de
verschillende typen rookmelders?
De
ionisatierookmelder is goedkoper dan de optische rookmelder. In de industrie -
fabriekshallen en bijvoorbeeld opslagplaatsen - worden soortgelijke rookmelders
gebruikt. De optische rookmelders zijn voor deze sector ongeveer anderhalf maal
zo duur als de ionisatiemelder. Voor de consument was tot voor kort de optische
rookmelder twee- à driemaal zo duur als een ionisatierookmelder. De verwachting
is echter dat optische rookmelders steeds goedkoper zullen worden terwijl de
ionisatierookmelder juist flink duurder kan worden. Overigens: rookmelders die
op het lichtnet zijn aangesloten zijn duurder dan rookmelders die op een
batterij werken. Gebruikt u een rookmelder met batterijen test deze batterijen
dan elke drie maanden. Wellicht kunt u de datum in een agenda noteren of op een
muurkalender schrijven.
Hoe moeten
ionisatierookmelders worden verwijderd?
Zowel de
optische als de ionisatierookmelders moeten worden ingezameld conform het
Besluit beheer wit- en bruingoed. Dit houdt in dat de consument de rookmelders
in kan leveren als kleine huishoudelijke elektronische apparaten bij de gemeente
of bij de winkelier waar een nieuw apparaat wordt gekocht. De organisaties die
verdere verwerking van deze afvalstroom verzorgen, zullen de radioactieve
bronnetjes apart houden en naar de COVRA (Centrale Organisatie voor Radioactieve
Afval) sturen. Afgedankte ionisatierookmelders vanuit industriële toepassingen
worden geretourneerd aan de leveranciers voor verdere verwerking of doorzending
naar de COVRA.
Immobilier CalpeAlicante maison Stichting Consument en Veiligheid